ik verhuur een handelspand (café) aan een BVBA .De handelshuuraanvraag tot verlenging van de huur werd op wettelijke manier opgezegd. De personen (uitbaters) hebben voortijdige het pand verlaten .Zij zijn op een andere locatie een café begonnen op naam van de vrouw onder de rechtsvorm van éénmanszaak. Nu blijkt dat dat de maatschappelijke zetel van de BVBA is blijven staan op het adres van mijn handels pand .Blijkbaar zijn er nog schulden en zijn er ook kosten gemaakt op naam van de Bvba . Nu probeert men via inbeslagname van goederen die mijn eigendom zijn en in het café staan die schulden te recuperen . Kan dat en wat kan ik daar tegen doen ? Het is de bedoeling dat ik zoals wettelijk staat voorgeschreven dat ik het café 2 jaar uitbaat .
Antwoord van bedrijf dat niet langer actief is
Geachte heer,
Dit is een vaker
voorkomend probleem.
Zo de B.V.B.A. nog niet
in vereffening is gegaan of failliet verklaard werd dient u de B.V.B.A. (en bij
voorkeur de zaakvoerders of vennoten op hun persoonlijk adres) zo snel mogelijk
formeel in gebreke te stellen ten einde hen er toe te dwingen de
maatschappelijke zetel te verplaatsen. Zo de vennootschap in vereffening is of failliet werd verklaard dient u respectievelijk de vereffenaar of de curator aan te schrijven.
Zo daar geen gevolg aan
gegeven wordt dient u een procedure op te starten voor de rechtbank van
koophandel ten einde de gevorderde maatregelen te bekomen, alsook een schadevergoeding
(met voorbehoud voor de schade die ondertussen zou zijn ontstaan). Het is mogelijk dat daarbij een vereffenaar
wordt aangesteld of zelfs een curator, doch dit maakt het (in principe) iets
eenvoudiger om de verplaatsing van de maatschappelijke zetel te bekomen
Indien er geen reactie
komt op de eerste ingebrekestelling is een gerechtelijke procedure (die met de
nodige stiptheid wordt opgevolgd) onvermijdelijk daar het frequent gebeurd dat
men in dergelijke zaken met verschillende beslagen van diverse
gerechtsdeurwaarders geconfronteerd kan worden en iedere revindicatieprocedure
al even kostelijk is as die ene procedure voor de rechtbank van koophandel om
de zetel te laten wijzigen. Bovendien is
het al voorgevallen dat niet voor alle goederen waarop beslag werd gelegd een
eigendomsbewijs kan worden voorgelegd, hetgeen problematisch kan zijn bij een
revindicatieprocedure voor de beslagrechter.
Tijdig en doortastend
optreden is derhalve de boodschap indien de vennootschap met de onaangepaste
maatschappelijke zetel meerdere (ondernemende) schuldeisers blijkt te hebben.
Met vriendelijke groeten,
Johan Van Renterghem
Advocaat
Advocatenkantoor Van
Renterghem